vrijdag 15 april 2011

Hoofdpersoon

Zo druk had ik het de laatste weken dat ik aan lezen nauwelijks ben toegekomen. Jammer, maar zo gaat dat soms.

Vanochtend om 8 uur zat ik aan de koffie de nieuwe vpro-gids door te bladeren en daar kwam ik binnen een kwartier zoveel leuke lezenswaardige stukjes tegen dat ik voor het hele weekend genoeg leesvitaminen binnen gekregen heb.

Zo kwam ik daar een artikel tegen over Hisham Matar, schrijver van Libische afkomst die echter het grootste deel van zijn leven in Engeland heeft doorgebracht. Van hem is het prachtige boek In the Country of Men, vertaald als Niemandsland. Wie wil weten hoe het was om in Libië onder het juk van de grote leider, de zoon van de woestijn, de grote leraar en weldoener Kadhafi te leven, is dit boek echt een must. Gruwelijk, maar mooi!
Van Matar is een tweede roman uitgebracht in Engeland Anatomy of a Disappearance, waarvan de Nederlandse vertaling in het najaar wordt verwacht.

Wim Brands beschrijft in zijn columnpje Boeken hoe zijn vrouw een poëzieproject met kleuters heeft gedaan met als thema durven. Dat leidde tot fantastische dichtregels als:
Ik durf bij de olifanten te zijn
Ik durf met knuffels te gooien

En de mooiste: Ik durf nu een kabouter op te tillen.

Arnon Grunberg vergelijkt in Yasha de website van de NRC met een pornosite en Esther Gerritsen vertelt in haar column over juichen. Tijdens een popconcert juichen mensen met hun stem en hun hele lichaam doet mee. Lezerspubliek kan ook juichen, zij het alleen, roerloos en zwijgend.

Maar het allermooiste dat ik vanochtend om kwart over acht las was het stukje van A.L. Snijders getiteld Hoofdpersoon. Al televisiekijkend in zijn caravan in de duinen wordt de schrijver afgeleid door een vos die buiten rond de caravan loopt. Een roofdier, een hoofdpersoon. Hij volgt de vos en kijk, opeens begrijpt hij waarom de vos een hoofdpersoon is in onze literatuur: er is geen ander dier dat omkijkt als hij door de mens gevolgd wordt, elk ander dier zou hals over kop vluchten. Maar de vos volgt het pad en slaat, na nog een keer naar de schrijver te hebben omgekeken, linksaf.
Snijders: Ik denk met eerbied aan Bavink, Eline Vere en Frits van Egters, maar dáár gaat de hoofdpersoon.

Mijn dag was goed begonnen, ik zat in stilte achter mijn koffie te juichen....

3 opmerkingen: